Een ode aan de herfst

De herfst gaat me altijd te snel. Op papier duurt de herfst uiteraard net zo lang als de andere seizoenen, maar de kleuren verdwijnen nog net niet voor je ogen. Wat je nu ziet is volgende week alweer anders en in het ergste geval verdwenen. Ik verbaas me er iedere keer weer over. Het maakt me ook onrustig. Ik moet en wil naar het bos, maar verplichtingen houden me thuis en maken dat ik maar een paar keer kan. Het is altijd te weinig en te kort.

Het begon met de mooiste kleuren rood en bruin en afgelopen weekend straalde de zon niet aan de hemel, maar in het bos. Onderweg naar het NK Gravel na de laatste afslag op de A28 reed ik door een bos met adembenemend mooie herfstkleuren in verschillende tinten geel. De mooiste kleur geel die ik ken. Zo’n kleur die niet verbleekt als de zon achter grijze wolken schijnt.

Het is een schoonheid waar je als mens nauwelijks bij kunt. Ik zie de schoonheid, maar ben niet in staat om deze schoonheid volledig tot me door te laten dringen en ten volle te ervaren. Ik kan er simpelweg niet helemaal bij, maar weet hoe mooi het is. Dat is het gekke. Je weet het, maar ervaart het niet ten volle. Hoe goed ik mijn best ook doe.

Het blijft een bijzondere cyclus. Na de winter waarin bijna niets nog groeit en bloeit is daar ineens de opbeurende lente met al zijn mooie prille kleuren die de zomer beloven. Een zomer die er dit jaar niet helemaal was, maar net genoeg om zomer te zijn. En dan komt het verval. De bladeren verkleuren en veranderen voor heel even in puur goud om meteen daarna snel te verdwijnen. Het is een tijd van afscheid nemen en vlak voor het grote moment worden we er even aan herinnerd hoe mooi ‘leven’ is en hoe mooi de wereld om ons heen. Voor even worden we herinnerd aan een diepe, nauwelijks te bevatten schoonheid.

Tijdens een gravelrit in Nationaal Park De Meinweg, een waar gravelparadijs, fietsten we over een lappendeken van prachtige herfstbladeren. Op die momenten fiets je echt van de gebaande paden, simpelweg omdat het pad niet meer zichtbaar is. Je weet echt niet meer wat komt. Je weet het pas als je er over of doorheen fietst, zoals een flinke waterplas of diepe modderstrook. En dan fiets je echt in de herfst. Het zijn vooral die momenten waarop genieten grote hoogten bereikt. En als je daarna op een terrasje zit met een kop warme chocomel dringt het tot je door: wow, wat was dit gaaf!

Christiaan Warger

keyboard_arrow_up